Jeroen Steenbakkers woont in Rosmalen met zijn vrouw en twee dochters. Hij heeft Technische Bedrijfskunde gestudeerd in Eindhoven en daarna tien jaar voor een bedrijf gewerkt dat simulatiemodellen ontwikkelde, waar hij veel ervaring opdeed in de wereld van data en modellen. In 2019 begon hij aan zijn ondernemersavontuur en startte hij samen met compagnon André het bedrijf Argaleo. De Bossche Investerings Maatschappij (BIM) vroeg hem naar hoe het allemaal begon, wat Argaleo precies doet, naar zijn successen en tegenslagen als ondernemer en meer.
Waar is het idee voor Argaleo ontstaan?
“Eigenlijk begon het een jaar of vijf geleden op een feestje van een vriend van me. Daar leerde ik André Sluijter kennen – de oom van die betreffende vriend. André had een Geo-ICT-bedrijf gehad en verkocht, maar hij wilde eigenlijk wel weer iets ondernemen. Bij mijzelf begon, na tien jaar voor een bedrijf te hebben gewerkt, het ondernemen inmiddels echt te kriebelen. André had rond die tijd een nieuw stukje technologie ter beschikking.
Dat was een kaart waarin heel Nederland in 3D was ontwikkeld met daaraan allerlei data gekoppeld. We spraken af om het erover te hebben en toen stelde hij mij de vraag of we iets met die data konden. Daarop antwoordde ik dat ik dat niet wist, maar dat ik wel zag dat er heel veel maatschappelijke uitdagingen waren – woningbouw, stikstof, mobiliteit – die te maken hebben met de bebouwde omgeving én dat ik wist dat de mensen die de besluiten hieromtrent maken niet altijd de kennis en kunde hebben omtrent data en technologie. Daartussen zit een gat wat nu opgevuld wordt door dure consultants. Toen zei André, eigenlijk bijna voor de grap: ‘Zullen we daar dan maar een bedrijf voor oprichten?’ En zo geschiedde.”
Wat doen jullie precies met Argaleo?
“Met onze tools ondersteunen we betere en snellere besluitvorming met betrekking tot de openbare ruimte. Dat doen we door heel veel data aan elkaar te knopen in die tools en die aan een model te koppelen. Om een voorbeeld te noemen, stel je even voor dat er ergens een brand uitbreekt. Dan komt er bij ons in de kaart een melding binnen. Wij berekenen in de kaart op basis van live weerinformatie waar de rookwolk die ontstaat naartoe gaat. Vervolgens kunnen wij melden aan degenen die moeten reageren: ‘pas op als je ernaartoe gaat, want er zitten twee kinderopvanglocaties op de plek waar die rookwolk naartoe gaat’. Op basis van die informatie kunnen diegenen dan een snel en goed berekend besluit nemen.”
Kun je nog een voorbeeld noemen van het gebruik van jullie tools?
“Zeker. Hier in Den Bosch hebben we de data uit allerlei ’slimme camera’s’ met elkaar gekoppeld. Zo kunnen we elke vijf minuten bepalen hoe druk het is in de stad. We hebben een dashboard gemaakt, waarmee degenen die verantwoordelijk zijn voor Carnaval en D’n Elfde van d’n Elfde besluiten kunnen nemen over maatregelen met betrekking tot de drukte.
Dit zijn real time operationele voorbeelden, maar ons dashboard werkt ook voor het doen van investeringen. Denk aan de aanleg van een tunnel. Dan maken wij met behulp van alle data een analyse op basis waarvan een goed onderbouwd besluit genomen kan worden door een gemeente. Dat doen we allemaal met een digitale tool.”
Ik voel me tegenwoordig als een vis in het water als ondernemer, dus ook dat zorgt ervoor dat ik denk: waarom heb ik dit niet eerder gedaan?
Heb je in die vijf jaar tijd al eens spijt gehad dat je ondernemer werd?
“Nee, zeker niet. Ik denk juist weleens dat ik eerder ondernemer had moeten worden, alleen toen ik op de universiteit zat was het ondernemersklimaat nog iets minder gunstig dan nu denk ik. Ik heb op de TU in Eindhoven geen enkel college gehad over ondernemen bijvoorbeeld. Ik voel me tegenwoordig als een vis in het water als ondernemer, dus ook dat zorgt ervoor dat ik denk: waarom heb ik dit niet eerder gedaan?”
Verder over jou: wat is je favoriete boek?
“Ik lees niet zo veel, want ik heb er niet zo veel tijd voor. Maar als ik een boek moet noemen, dan is het denk ik toch de biografie van Steve Jobs, de oprichter van Apple. Dat type boek, over ondernemers, vind ik vaak interessant.”
Hoe bewaak je de balans tussen werk en privé?
“Niet. Ik accepteer vooral gewoon dat die er niet is en daardoor heb ik meer rust in mijn hoofd. Juist als ik mezelf grenzen ga opleggen over welke dingen ik wanneer wel en niet mag doen, zorgt dat voor meer stress. Ik accepteer dat er geen verschil is tussen privé en zakelijk en ik schipper ertussen. Ik rijd bijvoorbeeld altijd om 17:00 uur naar huis en haal de kinderen op, dan gaan we gezellig eten samen. Als de kinderen op bed liggen kan het zijn dat ik ’s avonds nog een paar mailtjes stuur, maar het kan ook gebeuren dat echt nog tot 00:30 uur aan het werk ben.”
Waar sta je ’s ochtends voor op?
“Om brood te smeren voor de twee kleine meiden. Dat ochtendriedeltje vind ik erg leuk.”
Wat betekent succes voor jou?
“Het doen van vette projecten en de erkenning die daarbij hoort. En dan niet voor mij als persoon maar echt voor ons als team. Bijvoorbeeld projecten als de Vuelta in Nederland; daarvoor hebben we in zes weken tijd een dashboard ontwikkeld waar die hele projectorganisatie mee heeft gewerkt. Toen ik in de toren kwam waar zij aan het werk waren, zag ik gewoon dertig keer onze tool op het scherm staan. Toen ging mijn hart wel even sneller kloppen, want dit was menens. Omdat we dat goed hebben gedaan, werden we een jaar later gebeld door de directie Veiligheid van Rotterdam om te helpen bij Koningsdag. Daar keek de politie en de Koninklijke Beveiliging mee en dat is ook allemaal goed gegaan.
Nu gebruikt Rotterdam ons dashboard voor alle grote evenementen, van de Marathon tot de start van de Tour de France – dat is fantastisch. Dat zijn overigens de krenten uit de pap. Waar ik ook heel blij mee ben, is dat we onze innovaties inmiddels ook echt in de breedte inzetten. Ook door een gemeente als Veenendaal, en andere kleinere gemeentes, worden onze tools gebruikt.”
Nu gebruikt Rotterdam ons dashboard voor alle grote evenementen, van de Marathon tot de start van de Tour de France – dat is fantastisch
Waar zie je jullie bedrijf over drie jaar?
“Over drie jaar hoop ik dat we in de drie markten waarin we actief zijn minimaal de helft van alle organisaties voorzien is van onze technologie. Dan heb ik het over 50 gemeentes, 12 veiligheidsregio’s, zes provincies. Oftewel: dat we een volwassen speler in de markt zijn in onze domeinen. Daarnaast hoop ik ook dat we tools voor nieuwe domeinen hebben ontwikkeld. We zijn nu bijvoorbeeld bezig met de ontwikkeling van een oplossing voor het energienetwerk.
Daarnaast wil ik ook een oplossing introduceren in buitenlandse steden. Ik denk dat we daarmee beginnen op het gebied van duurzame mobiliteit. We lopen in Nederland voor op het gebied van analyses en data over fietsers. Dat kunnen we exporteren naar buitenlandse steden die fiets-minded zijn, denk bijvoorbeeld aan een stad als Valencia.”
We lopen in Nederland voor op het gebied van analyses en data over fietsers. Dat kunnen we exporteren naar buitenlandse steden die fiets-minded zijn, denk bijvoorbeeld aan een stad als Valencia
Heb je grote tegenslagen gekend in je tijd als ondernemer?
“Nou, ik zou het eerder groeipijn noemen dan echte tegenslagen. Toen we voor grote klanten gingen werken, hadden we daar wel echt mensen voor nodig die konden helpen bij het ontwikkelen. We doen nu alles met twee ontwikkelaars en dat zijn echt twee zwaargewichten. Het vinden van die kennis was erg belangrijk voor ons.
Waar ook een uitdaging in zat was cashflow. Als je bijvoorbeeld aan Europese innovatieprojecten meedoet, moet je ineens €250.000 voorfinancieren, waarna je het op basis van subsidies weer terugkrijgt. Je bent dan zo driekwart jaar verder voordat je je geld terug hebt. Daar had ik me wel op verkeken.
Verder hebben we toen we begonnen eigenlijk qua ontwikkeling op drie paarden gewed. Eigenlijk konden alle drie die paarden heel goed rennen, maar we moesten ze nog wel in de markt zetten. Dan moet je ook mensen hebben die met dat product de markt in gaan en daar is ook een investering van tijd en geld voor nodig. We zagen dus wel dat er potentie in zat, maar we hadden op een bepaald moment gewoon investeringen nodig. Dat is ook het moment dat we in zee gegaan zijn met BIF.”
Waarom hebben jullie toen gekozen voor BIF ALS INVESTEERDER?
“Dat is drieledig denk ik. Ten eerste hebben zij het principe dat ze willen meegroeien met jou als onderneming. Dat paste, want wij stonden echt nog aan het begin van onze onderneming. Verder zaten wij al in het ecosysteem van de BIM, dus dat klopte ook. En het derde punt, en misschien wel het belangrijkste punt, was dat een van de coaches bij de BIF, Arjen Heeres, de markt waar ik vandaan kwam al kende én hij snapte ook waar we naartoe wilden. Dus dat klikte vrij snel.
Verder had hij zijn bedrijf echt van nul weten op te bouwen naar een bedrijf van 900 werknemers. Het feit dat hij het klappen van die zweep al kende, had – en heeft – voor mij echt veel meerwaarde. Als ik twijfel, zeker over strategische dingen, dan kan ik hem een berichtje sturen en krijg ik altijd een antwoord waar ik iets aan heb. Dat is heel fijn.”
Zou je mentorschap aan iedere ondernemer aanraden?
“Ja, maar wel goed mentorschap. Er zijn tegenwoordig ook heel veel coaches die heel goed kunnen coachen, maar niet de ervaring hebben die bijvoorbeeld Arjen heeft. Dus ja, een mentor is belangrijk, maar je moet wel een goede hebben die ook echt weet waar die het over heeft.”
Hoe ben je in Grasso terechtgekomen?
“Ik heb toen we begonnen bewust gezegd: ‘we gaan niet vanuit huis werken’. Toen zijn we ons gaan oriënteren. Ik heb me ingelezen over de datastad die Den Bosch wil zijn en toen kwamen we al snel bij Grasso terecht. Grasso was natuurlijk ook handig qua reistijd, maar ik geloof ook wel dat dit klimaat met al deze data-ondernemers ook bevorderlijk werkt.”
En hoe bevalt deze plek?
“Ik ben heel blij met deze huisvesting. Het ziet er hier goed uit en je kunt mensen hier met een gerust hart ontvangen. Daarnaast woon ik in de buurt, wat een persoonlijk voordeel is. Daar moet ik bij zeggen: als ik bijvoorbeeld in Waalwijk had gewoond, zou ik het nog steeds overwegen om hier te vestigen. Het is een fijne plek en een goed ecosysteem voor ons bedrijf.”
En hoe bevalt de community?
“Nou, dat hangt er ook een beetje van af wat je er zelf mee doet natuurlijk. Ik moet zeggen dat ik er aan het begin heel veel aan had, omdat ik toen ook wat meer capaciteitsproblemen had. Daardoor maakte ik best veel gebruik van de diensten van de bedrijven uit de community. Nu doen we bijna alles zelf, dus technisch gezien maak ik er niet zo veel gebruik meer van. Wat wel leuk blijft, is dat we kunnen sparren op het gebied van ondernemerschap. Dat blijft altijd wel een meerwaarde. Verder zien we dat ons bedrijf groeit, maar de omgeving hier ook. Het is mooi om daar onderdeel van te zijn.”
Wat is jouw gouden tip aan de volgende generatie ondernemers?
“Ondernemen is doen. Natuurlijk moet je een plan hebben, maar uiteindelijk hoeft het niet allemaal in een keer goed te gaan. Ga ervoor, en met een beetje boerenverstand en hard werken kom je er wel.”
meer nieuws
Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze digital twin innovaties!
